Sinds de zomer van 2023 loopt er bij Wageningen University & Research een proef met omgekeerde luchtcirculatie in gerbera’s. Een aangepaste AVS-C installatie van Van Dijk heating faciliteert het proces, waarin, droge lucht boven het gewas wordt ingeblazen. Onder de teeltgoten bevinden zich buizen met gaten, die vochtige lucht aan de kas onttrekken. De neerwaartse droge luchtstroom verkleint de kans dat verdampingsvocht condenseert op de bloem, wat een oorzaak is van kwaliteitsproblemen.
Onder invloed van hoge energieprijzen hebben veel telers hun SON-T lampen de afgelopen jaren ingeruild voor efficiëntere LED-installaties. Deze geven echter minder stralingswarmte af. Velen hebben ook hun warmte- en belichtings-input verlaagd om kosten te besparen. De keerzijde van deze begrijpelijke acties is dat er in de vroege ochtend als de gewastemperatuur nog laag is, vaker vocht condenseert op gewasdelen. Vochtminnende schimmels, zoals Botrytis, zouden dan meer kans krijgen om gewassen te infecteren.
“Veel gerberatelers hebben daarmee geworsteld en doen dat ook nu nog”, vertelt onderzoeker Frank Kempkes. “Een Botrytis aantasting in de bloem kan zogenaamde ‘rotkop’ veroorzaken, wat de bloem waardeloos maakt. Het is duidelijk een vocht-gerelateerd probleem.”
Dankzij financiële steun vanuit het programma Kas als Energiebron kon er vorig jaar binnen het project Kas 2030 een proef worden opgezet die meer inzicht kan brengen in de problematiek en in mogelijke oplossingsrichtingen voor een betere vochtbeheersing. In een tussentijdse evaluatie met Ton van Dijk, die bij het project betrokken is namens Van Dijk heating, leggen Kempkes en zijn collega Tom Baeten uit wat er tot nu toe aan het licht is gekomen.
In de proef wordt een vergelijking gemaakt tussen de gebruikelijke luchtbehandeling met AVS-C waarbij geconditioneerde lucht onder het gewas wordt ingebracht en boven het gewas wordt afgezogen, en de omgekeerde luchtcirculatie. Hiervoor is een afdeling van demonstratiekas Kas 2030 met behulp van folie verdeeld in twee compartimenten. In beide compartimenten staan gelijke aantallen teeltgoten en planten van de rassen ‘Kimsey’ en ‘Love Me’. Er worden weeggoten, klimaatboxen, warmtebeeldcamera’s en sensoren toegepast om inzicht te krijgen in relevante parameters, waaronder de bloem- en bladtemperatuur en de momentane verdamping door het gewas.
In het referentie-compartiment wordt de met een AVS-C unit behandelde lucht onder de teeltgoten uitgeblazen via de gebruikelijke verdeelslangen. Aanzuiging van vochtige kaslucht vindt plaats via een aanzuigkanaal aan de gevel, die aansluit op de AVS-C unit. Zoals gebruikelijk bevindt het koelblok om het aangezogen vocht te laten condenseren zich bovenin de unit. In de omgebouwde AVS-C unit die het ‘reversed’ compartiment bedient, zit het koelblok onderin de installatie en het verwarmingsblok bovenin. “Dat is de meest logische positionering wanneer de vochtige lucht van onderaf wordt aangezogen en de verwarmde lucht bovenin moet worden uitgeblazen”, verklaart Ton van Dijk.
Kempkes vult aan: “Voor effectieve ontvochtiging is het van belang dat de lucht door het gewas wordt getrokken. Wanneer je droge lucht onder het gewas uitblaast en vochtige lucht boven het gewas aanzuigt, trekt deze omhoog langs en door het gewas en neemt het daarbij en passant verdampingsvocht op. De meest vochtige lucht komt zo bij de bloem terecht. Om de omgekeerde, richting te bewandelen, wilden we de lucht gelijkmatig door het gewas trekken. Voor dat doel hebben wij geperforeerde pvc buizen met een flinke diameter onder de teeltgoten geplaatst. Zonder dat hulpmiddel zou de gewenste stroomrichting niet tot stand komen.”
Uit de metingen blijkt dat de luchttemperatuur in het ‘reversed’ compartiment gemiddeld hoger is dan in het naastgelegen compartiment met de traditionele bottom-up circulatie. “Logisch ook, want de bloemen staan boven het bladerdek en bevinden zich vlak onder de inkomende droge luchtstroom”, verklaart Tom Baeten. “Omdat die lucht relatief droog is, wordt de kans op vochtproblemen bij de bloem ook kleiner.”
De hamvraag is natuurlijk of zich dat ook heeft vertaald in minder rotkoppen. In Kas2030 zijn meerdere proefvelden uitgezet waarin tweemaal per week verschillende zaken worden gemeten en geregistreerd, waaronder het aantal rotkoppen. Uit de verzamelde data bleek inderdaad dat in de ‘reversed’ compartiment aanzienlijk minder rotkoppen optraden dan in het traditionele compartiment. Dit lijkt de hypothese te ondersteunen dat het optreden van rotkoppen wordt veroorzaakt door vochtproblemen .
Opvallend is dat er in het ‘reversed’ compartiment een veel betere ontvochtiging plaatsvindt, namelijk rond de 22 gram/m2/uur versus 14 gram/m2/uur in de standaard compartiment tijdens de donker uren. Baeten: “Dat is ruim de helft meer, terwijl de weeggoten aangeven dat de planten in de nacht gelijk verdampen en in het ‘reversed’ compartiment overdag zelfs iets minder.”
“Dat verschil kunnen we op dit moment nog niet goed verklaren”, erkent Kempkes. “We willen daar wel de vinger op kunnen leggen en gaan daarom meer sensoren plaatsen. Door meer en scherper te meten hopen we alsnog een verklaring te vinden.”
De voorlopige conclusie van de onderzoekers luidt dat het kasklimaat en de vochthuishouding met omgekeerde luchtcirculatie wel degelijk positief zijn te beïnvloeden. “Met de kanttekening dat we ook verrassingen tegenkomen die we nog niet goed kunnen verklaren, lijkt dit een richting te zijn die verdere verkenning verdient.”
Frank Kempkes, onderzoeker Wageningen University & Research